Visual

Vakken

Leren lezen

We bereiden de leerlingen voor op ‘leren lezen’ met behulp van ‘Ko totaal’ en ‘Bubbel de Bub’. ‘Ko totaal’ werkt voornamelijk aan de woordenschat en ‘Bubbel de Bub’ werkt aan de leesvoorwaarden. Als een leerling toe is aan leesonderwijs, starten we met de methode ‘Veilig leren lezen’ en ‘Stap voor Stap’. De leerlingen die ‘Veilig leren lezen’ hebben doorgewerkt tot en met kern twaalf, kennen alle letters en kapstokwoorden. Daarna starten we het AVI-leesprogramma. Vanaf dat moment lezen de leerlingen in boekjes van hun eigen niveau. Voor het oefenen met technisch lezen gebruiken we de methode ‘Estafette’.

In de klassen Het Bos, Het Strand en De Zee maken we gebruik van de methode  Leespraat’. Bij deze leesmethode leren kinderen direct hele woorden herkennen. Als de leerlingen voldoende woorden herkennen, werken we toe naar een meer analytische benadering. We kunnen dan de overstap maken naar de reguliere methode ‘Veilig leren Lezen’.

Schriftelijke taal

Vanaf het begin hier op school oefenen we met leerlingen de fijne motoriek, om te komen tot handschriftontwikkeling. Wij volgen hiervoor de methode ‘Schrijven leer je zo’. Voor de onderdelen spellen en stellen maken we voornamelijk gebruik van de lessen ‘Veilig leren lezen’ en de methode ‘Spelling langs de Lijn’.

Mondelinge taal

Bij de niveaus één tot en met vier ligt de nadruk vooral op de communicatieve voorwaarden (stil zijn als een ander praat, luisteren, elkaar aankijken), op het begrijpen van taal en op het uitbreiden van de woordenschat. Voor het begrijpen van taal is het van belang dat leerlingen begrippen leren, en die komen bij deze niveaus dan ook vaak aan bod. Ook oefenen we met het vormen van eenvoudige zinnetjes.

Bij niveau vijf tot en met acht blijven taalbegrip, woordenschat en communicatieve voorwaarden van belang. We breiden de doelstellingen echter uit met gesprekken voeren, wensen kenbaar maken, informatie geven en denk-relaties verwoorden. We verwachten op verbaal gebied bij elk niveau steeds wat meer van de leerlingen, uiteraard passend bij ieders eigen mogelijkheden.

Vanaf niveau negen verhogen we de eisen op de verschillende gebieden, zodanig dat de leerlingen aan het einde van niveau twaalf zelfstandig kunnen functioneren op verbaal gebied. Dat betekent dat ze informatie kunnen vragen en geven, gevoelens en gedachten kunnen verwoorden en wensen kenbaar kunnen maken. Voor dit alles hebben ze dan voldoende woorden tot hun beschikking. Verder vormen ze grammaticaal correcte zinnen en spreken ze duidelijk verstaanbaar. Lessen mondelinge taal bieden we naast de klassikale lessen ook in niveaugroepen aan.

Rekenen

De Korte Vlietschool maakt voor rekenen gebruik van de methodes ‘Rekenboog’ en de methode ‘Getal & Ruimte’. De methode ‘Rekenboog’ is speciaal ontwikkeld voor het zml-onderwijs; lessen zijn gebaseerd op principes van betekenisvol en zinvol rekenen. De methode bestaat uit verschillende deelgebieden zoals basisvaardigheden, klokkijken, meten en wegen, en geldrekenen. Basisvaardigheden zijn vaardigheden op het gebied van onder andere tellen, getalbegrip en sommen maken. Alle leerlingen starten met de methode ‘Rekenboog’ en delen van de methode ‘Getal & Ruimte’. Zodra leerlingen toe zijn aan het maken van bewerkingen gaan zij volledig werken met de methode ‘Getal & Ruimte’. Ter ondersteuning van de leerdoelen per deelgebied gebruiken wij naast de methode ‘Rekenboog’ en ‘Getal & Ruimte’ voornamelijk ontwikkelingsmateriaal, kopieerbladen en ondersteunende programma’s op de computer.

Spelontwikkeling

Het doel van spelontwikkeling is samen leren spelen. Spelontwikkeling staat bij de jongere leerlingen vaker op het lesrooster dan bij de oudere. De leerkrachten bieden tijdens de spelontwikkelingsles begeleid spel aan door, aansluitend, het spel te verwoorden, het spel uit te breiden of nieuwe spelideeën aan te bieden. Hierbij maken de leerkrachten gebruik van de praktijkboeken ‘speciale spelbegeleiding’ van Luc Koning. Leerlingen die behoefte hebben aan een intensievere vorm van begeleiden, kunnen in aanmerking komen voor individuele hulp van de spelbegeleider.

Methode Leefstijl

Dit is de methode die we op school gebruiken voor de ontwikkeling van sociaal-emotionele vaardigheden. Leefstijl bevat voor ieder leerjaar zes thema’s:

  1. De groep? Dat zijn wij!
  2. Praten en luisteren
  3. Ken je dat gevoel?
  4. Ik vertrouw op mij
  5. Iedereen anders, allemaal gelijk
  6. Lekker gezond

We openen de start van elk nieuw thema centraal in de aula, in aanwezigheid van alle leerlingen. Om de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen te volgen, vullen we eenmaal per jaar een vragenlijst in.

Samenleving, natuur en verkeer

De Stichting Leerplan Ontwikkeling (SLO) biedt lessuggesties aan op het gebied van  samenleving, natuur en verkeer. We bieden deze lessen veelal thematisch aan.

Overige vakken

Alle overige vakken zoals muziek, drama, handvaardigheid en tekenen bieden we via een groepsplan aan. In dit plan beschrijven we vooraf de doelen waar die groep aan werkt.

We bieden in de jongste groepen de eerste drie niveaus aan uit de leerlijnen. We bouwen deze naarmate de leerlingen ouder worden uit. De leerlijnen zijn ontwikkeld door de CED-groep en te vinden op www.cedgroep.nl. Voor praktische lessen verkeer en  verkeersveiligheid maken we gebruik van het programma School op Seef. Voor muziekonderwijs maken we gebruik van de methode Eigenwijs Digitaal.

Cultuur

Alle klassen hebben één of twee keer per jaar een cultureel uitstapje. Dit wordt georganiseerd door de Cultuur Educatie Groep. Het kan gaan om bijvoorbeeld een museumbezoek, een toneelvoorstelling of muziekconcert. 

Natuur & Milieu

Natuur- en duurzaamheidseducatie (NDE) van de gemeente Leiden is een onderdeel van Team Duurzaamheid van de gemeente. NDE wil dat jong (en oud) betroken raken bij de eigen omgeving en daar zorgzaam mee omgaan. Op Weidezicht, het centrum op het erf van Kinderboerderij Merenwijk, worden met name schoolgroepen ontvangen en projecten voorbereid. Ook educatieve partners zoals Naar Buiten! werken hier.  NDE werkt samen met vele partners in het Verwonderpaspoort en ook met IVN-natuurgidsen.